Algemene Raad keurt budget 2024 goed: de ontmanteling van de medische zorg gaat voort
Brussel, 16 oktober 2023
De begroting 2024 is er één met een bittere nasmaak. Voor volgend jaar is wel een indexering met 6,05% voorzien, maar die indexaanpassing is noodzakelijk om de koopkracht van de medewerkers in de medische sector te vrijwaren. Hiermee kan géén nieuwe zorg gefinancierd worden, en zeker niet tijdens periodes van hoge inflatie.
Groeinorm tenietgedaan
En ook van de wettelijke groeinorm blijft niets over. De groeinorm van 2%, bedoeld om de vergrijzing op te vangen, wordt volledig tenietgedaan door boekhoudkundige ingrepen, zodat ook hier geen ruimte is voor nieuwe initiatieven. BVAS stelt vast dat alle voorstellen die de artsen hadden ingediend van tafel zijn geveegd. Nochtans voldeden al deze voorstellen aan de opgelegde criteria.
Het gevolg is dat de medische sector zonder toename van middelen de vergrijzing en de bevolkingsgroei moet opvangen, maar ook de financiering van nieuwe technologie, nieuwe geneesmiddelen en de toegenomen noden inzake geestelijke en chronische gezondheidszorg. Gelukkig werd er een bedrag vrijgemaakt voor het sociaal statuut van de ASO’s en de HAIO’s (artsen in opleiding). BVAS had daar in een open brief op aangedrongen. Maar dat bedrag valt buiten de begrotingsdoelstelling.
BVAS betreurt heel sterk dat de begroting 2024 niet door een overlegd akkoord tot stand is gekomen, maar uitsluitend door van bovenaf opgelegde beslissingen. Een overlegmodel veronderstelt een onderhandeld akkoord en daar is helemaal geen sprake van. De boodschap aan de medicomut is erg wrang: de overheid houdt op geen enkele manier rekening met het overlegmodel tussen artsen en ziekenfondsen. Er wordt van bovenaf bestuurd, de regering is potdoof voor de verzuchtingen aan de basis.
Appropriate care begraven
Met de vandaag goedgekeurde begroting is ook meteen het concept van ‘appropriate care’ begraven. Van de 80 miljoen euro ‘appropriate care’ besparingen is 58,2 miljoen onbeschikbaar gemaakt voor herinvestering in zorg in 2024. De afspraak was nochtans dat 50% zou terugvloeien naar de eigen sector.
De begroting 2024 voorziet een enveloppe van 10 miljoen euro ter compensatie van het verbod op ereloonsupplementen. De artsen hebben niet om deze enveloppe gevraagd en nog minder om een verbod op ereloonsupplementen voor niet-geconventioneerde zorgverstrekkers. Een opgelegde beslissing via een wet diverse bepalingen is geen manier om een tariefakkoord recht te doen. Vreemd genoeg is voor de tandartsen eenzelfde bedrag van 10 miljoen in de begroting ingeschreven, hoewel er maar 11.000 tandartsen zijn tegenover 59.000 artsen, als we op het aantal stemgerechtigden voor de verkiezingen afgaan.
Opgestoken vinger
Conclusie: van de 168,862 miljoen euro die beschikbaar is voor nieuwe initiatieven is er geen euro voor de artsen, tenzij een investering voor de medische huizen van 203.000 euro. Men kan dit niet anders interpreteren als een opgestoken vinger naar de indieners van projecten in de medicomut, te weten BVAS, het Kartel, AADM en de ziekenfondsen.
Het valt overigens op dat het aandeel van de medische zorg in het totale budget voor gezondheidszorg daalt, van 33,836% in 2013 tot 28,562% in 2024. De vraag is hoe lang de artsen en patiënten deze ontmanteling van de medische zorg zullen blijven tolereren. De onvrede groeit en wie denkt dat de artsen lijdzaam zullen toezien hoe hun levenswerk gefnuikt wordt, vergist zich.
Dr. Johan Blanckaert, voorzitter BVAS