Voor BVAS zijn alle praktijkvormen gelijkwaardig

9 november 2021

Professor huisartsgeneeskunde Dirk Devroey (VUB) wil dat HAIO’s enkel in zogenaamde ‘modelpraktijken’ stage lopen. Solopraktijken rekent hij daar niet bij. Die ‘academische’ tendens om solopraktijken als minderwaardig voor te stellen moet stoppen. Kleinschaligheid heeft ook zijn voordelen. Hoe meer variatie in praktijkvorm, hoe beter.

Image
Dokter en patiënt

De universitaire huisartsencentra sturen hun studenten zoveel mogelijk in de richting van multidisciplinaire huisartsenpraktijken. Solopraktijken zijn in hun visie relicten uit een vroeger tijdperk. Die academische indoctrinatie is al langer aan de gang. Maar met zijn uitspraken in Knack van vorige week, gaat professor Dirk Devroey (VUB) nog een stuk verder.

Op de vraag hoe hij het tekort aan huisartsen wil aanpakken, antwoordt hij dat er meer geneeskundestudenten voor moeten kiezen om huisarts te worden. En dan komt de aap uit de mouw. Ondanks de inspanningen van de universiteiten om het aantal studenten dat kiest voor huisartsgeneeskunde op te trekken, is er volgens professor Devroey nog marge voor verbetering: 

We moeten er onder meer voor zorgen dat al onze studenten stage kunnen doen in een modelpraktijk,” aldus Devroey. “In solopraktijken, die over tien jaar haast allemaal verdwenen zullen zijn, krijgen ze de indruk dat je je als huisarts kapot moet werken en dat schrikt hen natuurlijk af. Jammer genoeg zijn er niet genoeg stageplaatsen en kunnen we dus niet vermijden dat sommigen daar terechtkomen.”

BVAS is geschokt door die denigrerende uitspraken. Het valt inderdaad op dat solopraktijken de laatste jaren veel moeilijker HAIO's toegewezen krijgen, terwijl grotere praktijken met meerdere opleiders makkelijk meerdere HAIO's strikken. In sommige regio’s wijzen de academische centra hun Haio’s zelfs uitsluitend toe aan forfaitair werkende wijkgezondheidscentra, wat deze huisartsen in spe niet bepaald een evenwichtig perspectief op huisartsgeneeskunde biedt.

BVAS ziet in deze aanstellingspolitiek een zoveelste demarche van de academische huisartsencentra, die focussen op een monolithisch praktijkmodel dat als enige zaligmakend zou zijn. Ze fnuiken op die manier het vrije initiatief.

We moeten er onder meer voor zorgen dat al onze studenten stage kunnen doen in een modelpraktijk.

Dirk Devroey

BVAS zweert bij de vrije keuze van praktijkvorm. Variatie is juist de kracht van huisartsen en  kleinschaligheid heeft ook voordelen. Solowerkende stagemeesters hebben als voordeel dat ze heel dicht bij hun HAIO staan. Het feit dat er nog heel wat solopraktijken bestaan, toont aan dat ze kwaliteit bieden. Huisartsen die zich solo vestigen omdat ze beschikbaarheid voor hun patiënten belangrijk vinden, mogen niet ontmoedigd worden.

Wat bepaalt overigens of huisartsen goede stagemeesters zijn? Dat is niet de praktijkvorm, maar hun engagement tegenover hun patiënten, hun kennis en vaardigheden en de kwaliteit van hun opleiding. BVAS roept de huisartsencentra op om hun stagiairs evenwichtig te verdelen onder alle praktijkvormen. De centra moeten er ook op toezien dat het aanleren van vakmanschap in de opleiding niet ondergesneeuwd raakt door de drang naar academisering, forfaitarisering en multidisciplinaire samenwerking onder één dak.

Dr. Luc Herry,

Voorzitter BVAS

Over BVAS

Wij staan voor een vrije geneeskunde met een betaalmodel waarin de vergoeding per prestatie de hoofdmoot blijft, aangevuld met forfaits. In de huisartsgeneeskunde bvb. verdedigen we alle praktijkvormen en niet alleen de multidisciplinaire groepspraktijken zoals de concurrenten.

De solowerkende huisarts heeft zijn plaats en moet niet verdrongen worden.

Wat specialisten betreft verdedigen we ook de vrijgevestigde (extramurale) specialisten die in een praktijk buiten het ziekenhuis werken.