De mannen in de schaduw (opinie)

25 september 2019

 
Dr. Quentin Lamelyn is een jonge arts uit de dubbele cohorte die zich inzet voor kwalitatieve geneeskunde voor iedereen. Hij is lid van verschillende syndicaten voor jonge artsen (CIUM en CIMACS). Hij is sinds kort ook actief voor ABSyM-BVAS en heeft bijzondere interesse voor onderzoek in het vakgebied infectieziekten, een boeiende discipline waarin hij zich verder wil verdiepen. 
 

Image

Al enkele jaren hoor ik regelmatig zeggen dat onze ziekenhuizen worden ingepalmd door een almaar groter aantal buitenlandse artsen. En het is inderdaad zo, we moeten nu omgaan met artsen en patiënten van wisselende herkomst. Mensen die zich minder wereldburger voelen, zien dat met lede ogen aan en aarzelen niet om er min of meer bittere commentaar op te geven. De federale overheid laat overigens eenzelfde geluid horen en wil de toevoer van buitenlandse artsen een halt toeroepen.

 

Roemenen, Congolezen, Marokkanen … wie zijn die artsen, die soms van heel ver komen? Zijn ze bekwaam? Zijn het goedkope werkkrachten? Waarom kiezen zoveel buitenlandse artsen voor België?

 

Vrije vogels

 

Ik zou er vooreerst aan willen herinneren dat er in Europa een akkoord is over een vrij verkeer van zijn arbeiders. Dat wil zeggen dat het een Belg volledig vrij staat om te gaan werken in Duitsland en dat een Italiaan het recht heeft om bij ons te komen werken. In 2017 telde Europa meer dan 17 miljoen arbeiders die niet werkzaam waren in het land van herkomst. Dat is dus evenveel als de hele bevolking van Nederland.

 

Wat België en meer bepaald geneeskunde betreft, jaarlijks wordt bijna een kwart van de Riziv-nummers uitgereikt aan buitenlandse artsen. Er is overigens ook een import van arbeiders van buiten Europa.

 

Waarom België?

 

Als we sommige stemmen zouden geloven, zou het bijna gedaan zijn met ons land, zou België failliet zijn. Er zou niets meer draaien in België. Vreemd, want de meeste mensen vinden België een zeer aantrekkelijk land. Met een comfortabel BBP, een relatief stabiele economie en vooral een uitstekende gezondheidszorg is het niet verwonderlijk dat buitenlandse artsen zich bij ons komen vestigen.

 

Uit gesprekken met die artsen blijkt vaak dat ze in België vrij gemakkelijk een plaats vinden als resident, dat het loon vrij aantrekkelijk is, dat de werkbelasting menselijk aanvaardbaar is, althans nu nog. Maar naast het financiële aspect, dat nog belangrijker is voor artsen van buiten Europa, zijn we ons niet altijd bewust van de politieke situatie en de gezondheidszorg in bepaalde streken van de wereld. Stel dat je land verscheurd zou zijn door oorlog, dat bommentapijten de ziekenhuizen in puin hebben gelegd, dat milities onmenselijke misdaden begaan tegen de bevolking, dan spreekt het toch voor zich dat je zal overwegen Europa te verlaten.

 

Met een collegegeld van iets meer dan 800 euro en een niet zo zware selectie biedt België een kwalitatief hoogstaande opleiding gedurende 6 jaar tegen een zeer schappelijke prijs in vergelijking met elders in Europa. In sommige landen kosten de studies geneeskunde duizenden euro per jaar, bijvoorbeeld in Roemenië, dat het eldorado is geworden voor Belgische Franstalige studenten die in België zakken.

 

België doet het op wetenschappelijk vlak nog altijd zeer goed en dat is vooral zo in de geneeskunde. We hebben talentrijke hoogleraars en onderzoeksgroepen ondanks de magere financiering rekening houdende met de rijkdom van ons land. Een wetenschappelijke carrière is veel toegankelijker in België dan in veel andere landen, waar die vaak beperkt blijft tot een kleine niche gezien de belachelijke middelen die er aan onderzoek worden toegekend.

 

Ze zijn noodzakelijk

 

In de hoofdstad of de periferie, "buitenlandse" artsen vind je overal. Het is duidelijk dat we het niet meer kunnen stellen zonder buitenlandse artsen. Supermannen en -vrouwen die alle lacunes in de wachtdiensten kunnen vullen, voltijdse tolken, sociaal-culturele buffers, ze hebben ontegensprekelijk tal van kwaliteiten. En toch worden ze soms hiërarchisch en financieel onheus behandeld, terwijl ze toch altijd present geven als er "vuil" werk moet worden gedaan.

 

Op de spoedafdeling, tijdens nachtelijke wachtdiensten, op chirurgie … ze halen hun neus niet op voor het werk, hoewel dat soms ten koste van hun eigen levenskwaliteit gaat. Ze zijn dus meer dan nodig voor de goede werking van onze ziekenhuizen: ze verzetten heel wat werk, maar vooral, ze lenigen een nood aan mankracht, die maar niet kleiner wordt. Gezien het stijgende aantal gepensioneerde artsen en een politiek die het aantal studenten geneeskunde drastisch beperkt, hadden onze ziekenhuizen hun deuren al lang moeten sluiten zonder de import van buitenlandse gezondheidswerkers.

 

Slachtoffers van vooroordelen

 

Maar achter hun glimlach en een warme handdruk schuilt een heel andere wereld, een wereld van vooroordelen en van wat we gemeenzaam ordinair racisme noemen. Als buitenlandse arts in België heb je het inderdaad niet altijd gemakkelijk.

 

Niet zelden klagen patiënten over het aantal buitenlandse artsen, hun accent, hun vermeende incompetentie. En het is echt niet zo dat enkel bepaalde lagen van de bevolking zich bezondigen aan dergelijke voordelen. Hoe vaak heb ik niet van collegae een of andere kwetsende opmerking gehoord over een buitenlandse collega. Opmerkingen die soms neigen naar misselijkmakende racistische ideologieën. Gelukkig baadt onze generatie in een multiculturele samenleving, waardoor de mentaliteit aan het veranderen is.

 

Of ze nu komen uit Europa, Afrika of Azië, die buitenlandse artsen die financieel en sociaal soms onheus worden bejegend, zijn van levensbelang. Ze komen met volle moed en veel wilskracht, ze komen vooral omdat er een tekort is op het terrein, en ze hebben een onweerlegbare plaats in onze maatschappij.

 

Onze vooroordelen zijn een zeer onheuse belediging van menselijke wezens, die soms een weinig benijdenswaardig traject hebben afgelegd. Buitenlandse artsen aanvallen staat gelijk met een aanval op het voortbestaan van onze gezondheidszorg. 

 

Over de auteur

 

Dr. Quentin Lamelyn is een jonge arts uit de dubbele cohorte die zich inzet voor kwalitatieve geneeskunde voor iedereen. Hij is lid van verschillende syndicaten voor jonge artsen (CIUM en CIMACS). Hij is sinds kort ook actief voor ABSyM-BVAS en heeft bijzondere interesse voor onderzoek in het vakgebied infectieziekten, een boeiende discipline waarin hij zich verder wil verdiepen. 

 

MediQuality biedt haar leden de mogelijkheid hun mening te uiten over actuele en/of medische kwesties. Opinies weerspiegelen de persoonlijke mening van hun auteur en vallen onder diens verantwoordelijkheid.

 

Conflicts of interest/grants : de auteur verklaart geen conflict of interest/grants met betrekking tot dit onderwerp.

 

Bron: MediQuality

 

 

 

 

Over BVAS

Wij staan voor een vrije geneeskunde met een betaalmodel waarin de vergoeding per prestatie de hoofdmoot blijft, aangevuld met forfaits. In de huisartsgeneeskunde bvb. verdedigen we alle praktijkvormen en niet alleen de multidisciplinaire groepspraktijken zoals de concurrenten.

De solowerkende huisarts heeft zijn plaats en moet niet verdrongen worden.

Wat specialisten betreft verdedigen we ook de vrijgevestigde (extramurale) specialisten die in een praktijk buiten het ziekenhuis werken.