CM-baas verloont de artsen

2 februari 2021

In De Morgen van 1 februari peroreert Luc Van Gorp dat de verloning van artsen niet meer mag bedragen dan wat de premier verdient. Zijn eigen loon mag dus meer zijn. De CM heeft niet de gewoonte dermate transparant te zijn dat ze het loon en de voordelen, zoals de appel voor de dorst en het pensioen, van haar voorzitter bekend maakt.

Image

De CM heeft niet de gewoonte dermate transparant te zijn dat ze het loon en de voordelen, zoals de appel voor de dorst en het pensioen, van haar voorzitter bekend maakt. Dan pas zou elkeen weten hoeveel zijn aandeel is in de ruim 1 miljard euro die de ziekenfondsen van de overheid krijgen als administratiekost. De vraag werd al meermaals gesteld, maar dat is een dovemansgesprek.

Dit geheel terzijde. Behalve in de universitaire ziekenhuizen ontvangen artsen geen verloning. Ze werken als zelfstandigen. De berekening werd al herhaaldelijk gemaakt: als artsen in loondienst zouden werken, dan wordt hun personeelskost zo’n 80 % duurder ten gevolge van de sociale bijdragen, groepsverzekering, verplicht aantal verlofdagen, recuperatie van de 24/7 permanenties die door een hoger aantal artsen worden gepresteerd gezien de normale 38-uren werkweek.

Van Gorps nieuw rondje artsen bashen komt om drie redenen op een ongepast moment.

1. Als eerste publiceert De Standaard (ook van 1 februari) op zijn frontpagina dat 460.000 langdurig zieken door de mutualiteiten worden afgeserveerd want ze zijn geen absolute prioriteit. De CM geeft er toe dat ze medische documenten laat invullen door niet gekwalificeerde medewerkers. Pro forma volgt er nog een krabbel door een adviserende arts.

De verpletterende administratie inroepen om een gebrek aan artsen adviseurs te verklaren verhult de realiteit dat er van hogerhand geen respect is voor het werk van deze medici, niet financieel, niet inhoudelijk. Zoals de heer Van Gorp ook maar weinig respect heeft voor medici tout court, al zijn omzwachtelde bewoordingen ten spijt.

2. Dat zijn demarche midden de coronastrijd wordt gevoerd is een tweede reden om ze ongepast te noemen. Artsen hebben al genoeg met de dagelijkse spanning en stress om patiënten de nodige zorg te verlenen, soms in extreem moeilijke omstandigheden, de angst om zelf besmet te raken en partner en kinderen te contamineren, om nu nog een schuldgevoel aangepraat te krijgen door een doorgegroeide ex-verpleegkundige.

Hij meldt, uit compassie of leedvermaak, dat is onduidelijk, dat er ook artsen zijn die ten gevolge van de covidcrisis geen praktijk konden voeren en dus ook geen inkomen verwerven. Ons syndicaat zorgde ervoor dat zij als zelfstandigen recht kregen op ondersteuning van overheidswege. Wat deed de CM voor die artsen-leden?

3. Ten derde doet hij alsof hij niet op de hoogte is van de grootscheepse hervorming van de nomenclatuur die volop aan de gang is door drie expertenteams. Of is het desinteresse? Hervorming van de nomenclatuur is voor BVAS altijd een continuüm geweest. Er werd de voorbije jaren al heel wat bijgestuurd voor beroepen die minder financieel aantrekkelijk waren zoals huisartsgeneeskunde, psychiatrie, pediatrie, oncologie, dermatologie …. via aftopping bij disciplines die wat rijkelijker bedeeld werden.

BVAS werkt actief mee aan die grondige hervorming van de nomenclatuur. Het principe van loon naar werk weegt bij BVAS zwaar door: moeilijkheidsgraad, opleidingsduur, stressfactoren, urgenties, oproepbaarheid, en dies meer moeten in rekening worden gebracht en, niet in het minst, ook de kwaliteit van de geleverde prestaties.

Ten slotte: nogal wat CM directieleden zitten in raden van bestuur van ziekenhuizen. Het is niet uitzonderlijk dat in die ziekenhuizen directies zonder instemming van de artsen belangrijke supplementen toevoegen aan de honoraria die dan integraal in de kassa van het ziekenhuis terechtkomen. Ik ga ervan uit dat dergelijke handelswijze expliciet verboden wordt in het nieuwe ethische advies van de CM dat De Morgen kon inkijken.

 

Dr. Marc Moens,

Erevoorzitter BVAS

 

Over BVAS

Wij staan voor een vrije geneeskunde met een betaalmodel waarin de vergoeding per prestatie de hoofdmoot blijft, aangevuld met forfaits. In de huisartsgeneeskunde bvb. verdedigen we alle praktijkvormen en niet alleen de multidisciplinaire groepspraktijken zoals de concurrenten.

De solowerkende huisarts heeft zijn plaats en moet niet verdrongen worden.

Wat specialisten betreft verdedigen we ook de vrijgevestigde (extramurale) specialisten die in een praktijk buiten het ziekenhuis werken.