BVAS drukt stempel op nieuw akkoord
Het nieuwe akkoord loopt van 1 januari tot en met 31 december 2021. De artsen krijgen een budget van 8,89 miljard euro voor hun honoraria toegewezen, een groei van 3,58% ten opzichte van het budget 2020. Daar komen nog 358 miljoen euro voor verstrekkingen in laagvariabele zorg en 470 miljoen voor dialyse bovenop, wat het totaal op 9,72 miljard euro brengt.
- Huisartsen
BVAS is erin geslaagd om belangrijke accenten ten voordele van de huisartsen te leggen. Raadplegingen, bezoeken en adviezen worden geïndexeerd met 1,01%. Het honorarium voor een GMD stijgt met 1,25% tot 32 euro. Daarnaast wordt 6,8 miljoen euro uitgetrokken voor de herwaardering van het GMD, met bijzondere aandacht voor de chronisch zieken. Hoe dit geld precies verdeeld wordt, moet de medicomut nog uitklaren.
Maar opgelet: aan deze 6,8 miljoen voor het GMD is een voorwaarde verbonden. De artsen moeten eerst aantonen dat ze door efficiënter te werken, vb. door het verminderen van de aangetoonde praktijkvariaties en door het meer rationeel voorschrijven van medische onderzoeken, 40 miljoen euro in andere medische verstrekkingen kunnen investeren. Het akkoord hamert op dit plan voor ‘doelmatige zorg’. Het is overigens de verdienste van BVAS dat ‘doelmatige zorg’ niet langer een synoniem is voor besparingen. Voor het eerst wordt elke eurocent die artsen niet hebben uitgegeven door meer doelmatig te werken opnieuw geïnvesteerd in zorg.
- Specialisten
Dezelfde voorwaarde van doelmatige zorg geldt eveneens voor de 5 miljoen euro die ingeschreven is voor de herwaardering van de toezichtshonoraria voor de geriaters en voor de 2 miljoen voor de raadpleging van de pneumoloog. Ook deze investeringen kunnen alleen op voorwaarde dat de 40 miljoen aan efficiëntiewinsten kunnen gerealiseerd worden.
Voor een hele reeks specialistische verstrekkingen is een selectieve indexering afgesproken die dicht bij de lineaire indexering van de gezondheidsindex van 1,01 % aanleunt: 0,80% voor klinische biologie en medische beeldvorming, 0,84% voor gynaecologie en toezicht. BVAS heeft erop toegezien dat het nieuwe akkoord ondersteuning biedt aan chirurgen, pediaters en andere specialismen die door Covid-19 in moeilijkheden kwamen.
- Artsen in opleiding
BVAS blijft sterk aan de kar trekken om een betere sociale bescherming van de ASO’s en HAIO’s uit de brand te slepen. Er staat volgend jaar een extra budget van 10 miljoen euro opzij, met garantie dat hun nettoloon niet krimpt.
Voor 31 maart 2021 zal de medicomut in overleg met de verenigingen van ASO’s en HAIO’s een transparante financiering uitwerken om komaf te maken met het sociale onrecht dat de artsen in opleiding al jarenlang ervaren, de laatste maanden nog geaccentueerd door de Covid-crisis. De medicomut zal hiervoor samenwerken met de Nationale paritaire commissie artsen-ziekenhuizen. Sinds kort is Jo De Cock voorzitter van beide overlegorganen.
- Telegeneeskunde
Het stemt BVAS tevreden dat de medicomut verder het ingeslagen pad naar telegeneeskunde bewandelt. BVAS nam als allereerste hiervoor initiatieven, lang voor het Sars-CoV-2-virus in het land was. In afwachting van een duidelijk en eenvoudig wettelijk kader blijven de tijdelijk toegepaste honoraria gehandhaafd. De hervorming van de nomenclatuur, een ander stokpaardje van BVAS, wordt versneld.
Het nieuwe akkoord staat ten slotte ook in het teken van administratieve vereenvoudiging, een hardnekkig probleem dat in volle Covid-crisis nog eens extra op scherp werd gesteld. Een bijzondere werkgroep krijgt de opdracht om tegen 31 maart 2021 concrete voorstellen te formuleren om onder meer de attesten arbeidsongeschiktheid uniform te maken en ziekteattesten voor korte termijn terug te dringen.
- Einde van een tijdperk
“In dit moeilijke jaar hebben ziekenfondsen en administratie de noodzaak begrepen om de geneeskunst te ondersteunen. Ik hoop dat hierdoor de era van het bashen van het medisch beroep zal stoppen en dat we tot een serene discussie komen over de reële waarde van de arts in de samenleving.”
Dr. Philippe Devos
Voorzitter BVAS
Over BVAS
Wij staan voor een vrije geneeskunde met een betaalmodel waarin de vergoeding per prestatie de hoofdmoot blijft, aangevuld met forfaits. In de huisartsgeneeskunde bvb. verdedigen we alle praktijkvormen en niet alleen de multidisciplinaire groepspraktijken zoals de concurrenten.
De solowerkende huisarts heeft zijn plaats en moet niet verdrongen worden.
Wat specialisten betreft verdedigen we ook de vrijgevestigde (extramurale) specialisten die in een praktijk buiten het ziekenhuis werken.