BVAS-persbericht: Grondwettelijk Hof: verbod op ereloonsupplementen niet in strijd met grondwet. BVAS analyseert uitspraak voor eventuele verdere juridische acties
In zijn arrest van gisteren verwerpt het Grondwettelijk Hof de argumentatie van de Belgische Vereniging van Artsensyndicaten (BVAS) en van andere partijen dat het verbod op ereloonsupplementen in strijd zou zijn met de grondwet. De regering had die wet in het kader van de toegankelijkheid van de zorg doen goedkeuren. De BVAS zal de juridische argumentatie grondig analyseren en zich beraden over mogelijke verdere stappen.
Onderwerp van het beroep tot vernietiging waren de artikelen 23 tot 29 van de wet van 27 december 2012 houdende diverse bepalingen inzake de toegankelijkheid van de gezondheidszorg. Om die toegankelijkheid te verbeteren, had de regering in het regeerakkoord een volledig verbod van ereloonsupplementen op twee- en meerpersoonskamers doen opnemen. De wet van 27 december zette dit om in een wettekst.
Samen met andere artsen en artsenassociaties had de BVAS bij het Grondwettelijk Hof een beroep tot vernietiging ingediend. Zo was de BVAS van mening dat deze wet de niet-geconventioneerde artsen discrimineerde ten opzichte van artsen die wel de conventie van de Nationale Commissie Artsen-Ziekenfondsen hadden onderschreven. De BVAS stelde, en stelt zich nog steeds, grote vragen of deze wet ook daadwerkelijk de toegankelijkheid tot de zorg zal kunnen verbeteren. Dat zou toch de bedoeling van deze wet moeten zijn.
In een omstandig arrest is het Hof van oordeel dat deze wet niet in strijd is met de grondwet. De BVAS gaat hier niet mee akkoord. Omdat het voor onze vereniging een fundamentele zaak betreft, zal de BVAS dit arrest zeer grondig doen analyseren. Indien er juridische mogelijkheden zijn, zal de BVAS dit arrest op Europees niveau aanvechten.
Dr. Roland Lemye
Voorzitter BVAS
Voor meer informatie over dit persbericht:
David Desmet, communicatieverantwoordelijke BVAS, attaché van de voorzitter
david.desmet@absym-bvas.be, 0491/233.000
Over BVAS
Wij staan voor een vrije geneeskunde met een betaalmodel waarin de vergoeding per prestatie de hoofdmoot blijft, aangevuld met forfaits. In de huisartsgeneeskunde bvb. verdedigen we alle praktijkvormen en niet alleen de multidisciplinaire groepspraktijken zoals de concurrenten.
De solowerkende huisarts heeft zijn plaats en moet niet verdrongen worden.
Wat specialisten betreft verdedigen we ook de vrijgevestigde (extramurale) specialisten die in een praktijk buiten het ziekenhuis werken.