BVAS heeft pasklare oplossing voor discriminatie jonge huisartsen bij toekenning van 20 euro extra per GMD

23 november 2020

De regering kent huisartsen eenmalig 20 euro extra per GMD toe als compensatie voor de administratieve overlast ten gevolge van Covid-19. Het RIZIV stelt voor om 2019 als referentieperiode te nemen. Maar dat zou unfair en discriminerend zijn tegenover huisartsen die pas in de loop van 2019 en 2020 hun praktijk hebben opgestart. Daarom dringt BVAS aan om de eerste negen maanden van 2020 als basis te nemen voor de berekening.
 

Image

De regering kent huisartsen eenmalig 20 euro extra per GMD toe als compensatie voor de administratieve overlast ten gevolge van Covid-19. Het RIZIV stelt voor om 2019 als referentieperiode te nemen.

Meer informatie hierover

Maar dat zou unfair en discriminerend zijn tegenover huisartsen die pas in de loop van 2019 en 2020 hun praktijk hebben opgestart. Daarom dringt BVAS aan om de eerste negen maanden van 2020 als basis te nemen voor de berekening.

 

Brussel, 23 november 2020

 

Voor de eenmalige toekenning van 20 euro per globaal medisch dossier (GMD) dat de huisarts beheert, staat een budget van 162 miljoen euro opzij. De regering wil op die manier huisartsen vergoeden voor hun inspanningen en bijkomende administratieve belasting tijdens de Covid-19-pandemie. In de nota die ter bespreking voorligt in de medicomut staat dat het extra geld wordt berekend op basis van het aantal beheerde GDM’s in 2019. 

 

2019 als referentieperiode nemen, zou erg nadelig uitvallen voor jonge huisartsen die zich pas in de loop van vorig jaar of dit jaar hebben gevestigd. Het spreekt voor zich dat zij in 2019 veel minder - of helemaal geen - GMD’s konden afsluiten of verlengen dan hun langer gevestigde collega’s. Niettemin hebben ook deze startende huisartsen het beste van zichzelf gegeven in de strijd tegen Covid-19.

 

Voor BVAS volstaat het niet om een probleem te signaleren. We leggen meteen ook een oplossing op tafel. De discriminatie van jonge huisartsen kan vermeden worden als het RIZIV ervan afziet om 2019 als referentieperiode te hanteren. In een brief aan Jo De Cock, voorzitter van de medicomut, pleit BVAS ervoor om niet 2019 maar wél de eerste negen maanden van 2020 als referentietermijn te nemen voor de berekening van het aantal GMD’s per huisarts.

 

Het is bekend dat huisartsen de overgrote meerderheid van hun GMD’s openen of verlengen in januari, februari of maart en zeker voor het einde van september. De berekeningswijze die BVAS voorstelt, is dan ook rechtvaardiger omdat geen enkele huisarts uit de boot valt. Het voorstel bevat bovendien de garantie dat het budget van 162 miljoen euro helemaal wordt aangewend. 

 

Dr. Philippe Devos,

Voorzitter BVAS

 

 

 

 

Over BVAS

Wij staan voor een vrije geneeskunde met een betaalmodel waarin de vergoeding per prestatie de hoofdmoot blijft, aangevuld met forfaits. In de huisartsgeneeskunde bvb. verdedigen we alle praktijkvormen en niet alleen de multidisciplinaire groepspraktijken zoals de concurrenten.

De solowerkende huisarts heeft zijn plaats en moet niet verdrongen worden.

Wat specialisten betreft verdedigen we ook de vrijgevestigde (extramurale) specialisten die in een praktijk buiten het ziekenhuis werken.